Op 26 maart 2008 was de Tweede Kamer uiterst sceptisch over de voorgenomen Europese militaire missie naar Tsjaad en de Centraal Afrikaanse Republiek. In een urenlang debat met de drie meest betrokken ministers overlaadden Kamerleden van zowel regering als oppositie hen gisteravond met kritische vragen. Toch stemde een meerderheid van de Kamer in met het voornemen van het kabinet. De VVD was zo verstandig tegen te stemmen.

Het kabinet heeft vervolgens een verkenningseenheid van 60 militairen beschikbaar gesteld voor de operatie, de grootste die de EU ooit heeft uitgevoerd. EUFOR, zoals de in totaal 3.700 militairen tellende missie heet, is bedoeld om vluchtelingen en ontheemden in Tsjaad en de Centraal Afrikaanse Republiek te beschermen.

De grootste zorg bij de Kamer was of de beloofde neutraliteit wel kan worden gewaarborgd. Tweede-Kamerlid Karien van Gennip (CDA) noemde eerdere antwoorden van het kabinet hierover „teleurstellend”. In beide Afrikaanse landen strijden diverse groeperingen tegen elkaar en tegen de centrale regeringen. Zicht op een vredesakkoord is er nog niet. De EU die op VN-verzoek voor maximaal één jaar naar het gebied trekt, kiest geen partij.

Een complicerende factor in het geheel zijn de Fransen, die de regering van Tsjaad steunen in de strijd tegen de opstandelingen. Volgens diverse Kamerleden moet er een duidelijker en zichtbaarder onderscheid worden aangebracht tussen de Franse en de Europese militairen. Ook bestond er zorg dat rebellen de neutrale missie zullen uitdagen. Maar volgens minister Van Middelkoop (Defensie, CU) gaan de Nederlandse militairen als onderdeel van een Iers bataljon opereren in een gebied „waar zij geen mikpunt zijn van agressie”.

De PvdA, die al veel langer vindt dat Nederlandse vredesmissies zich meer moeten gaan richten op Afrika, wilde de mogelijkheid openhouden dat Nederland ook na afloop van het mandaat van één jaar militairen beschikbaar houdt. Minister Verhagen (Buitenlandse Zaken, CDA) maakte echter duidelijk dat de mariniers niet langer blijven dan tot 15 maart 2009.

Nu kunnen we de evaluatie lezen: defensie geeft toe dat het doel van de missie slechts ten dele is bereikt. Er is nauwelijks of geen sprake van de terugkeer van vluchtelingen. Het Tsjadische leger is onbetrouwbaar, er is geen politieke oplossing in de regio en de opvolging door MINURCAT is een drama. Ik geloog niet dat wij deze evaluatie als een aanmoediging van verdere PVDA missies in Afrika kunnen beschouwen. Koenders en Van Middelkoop hebben een groot probleem.