Brexit stort het VK in een diepe en misschien langdurige constitutionele crisis

De Britse politiek en samenleving is tot op het bot verdeeld over de Brexit en het einde is nog niet in zicht. Veel analyses beperken zich tot het in kaart brengen van de verschillen maar er is veel meer aan de hand. De verdeeldheid in het Verenigd Koninkrijk is het resultaat van een ongekende constitutionele crisis die de Brexit niet in goede banen heeft kunnen leiden. Minstens zo dramatisch is dat het Britse gebrek aan een gecodificeerde grondwet en de afwezigheid van werkbare meerderheden de oplossing van de constitutionele crisis lastig maakt.

Anders dan in ons land kent het Verenigd Koninkrijk geen gecodificeerde grondwet. Een wet die door het Britse parlement wordt aangenomen kan daardoor nooit onconstitutioneel worden verklaard. Dat geeft het parlement veel macht tenzij het verdeeld is zoals nu het geval is met de Brexit. Die verdeeldheid op zijn beurt hangt, zoals wij zullen zien, weer samen met het ontbreken van een gecodificeerde grondwet.

Het Britse ontbreken van een gecodificeerde grondwet kan historisch worden verklaard. De Britten kozen al relatief vroeg voor parlementaire soevereiniteit en legden het primaat dus bij democratie en, tot ergernis van de Amerikaanse kolonisten, niet bij de rechtsstaat. In Engeland kon bovendien de constitutionele orde organisch groeien omdat het land slechts  twee keer, in 1066 en 1688, een succesvolle militaire invasie en regime wisseling onderging. Ook de Britse cultuur waarin onzekerheidsmijding laag scoort en pragmatisme de boventoon voert verklaart waarom er meer belang wordt gehecht aan sociale consensus dan het op schrift stellen van wettelijke bepalingen.

De reden waarom de Britten zo worstelen met de Brexit is natuurlijk de verdeeldheid. Geen enkel voorstel heeft immers de steun van de meerderheid en de verschillende groeperingen hebben ook nog eens uiteenlopende motieven om een voorstel goed te keuren of af te wijzen. Premier Theresa May kreeg immers dinsdag zo weinig steun in het parlement omdat de Remainers haar voorstel te ver vonden gaan en de Leavers juist niet ver genoeg. May is nu gedwongen om met de EU te heronderhandelen maar waarom zou Brussel daartoe bereid zijn als May simpelweg niet in staat lijkt te zijn om een meerderheid te verwerven? De verdeeldheid in het Britse parlement is dus rampzalig en is mede een gevolg van het Britse gebrek aan een gecodificeerde grondwet.

Aangezien een gecodificeerde grondwet ontbreekt is de politieke stabiliteit in het VK afhankelijk van wisselende meerderheden. Meestal verwierf slechts 1 partij de meerderheid en zij kon vervolgens doen wat zij goed achtte. Aangezien het Britse publiek een hekel heeft aan extremistische partijen worden de twee machtige meerderheidspartijen, de Conservatieven en Labour, gedwongen om zich gematigd op te stellen en dus enige afstand te houden van de opvattingen van hun partijleden. Tegelijkertijd voorkomt het districtenstelsel (first-past-the-post) dat andere kleinere partijen veel macht kunnen verwerven.

Dit oude systeem is echter in grote problemen gekomen en dit heeft ook een negatief effect gehad op de Brexitonderhandelingen. In het oude systeem waren de Conservatieven of Labour in staat om werkbare meerderheden te verwerven waardoor de ruimte voor kamerleden om de officiële partijlijn te wijzigen beperkt was. Indien de regering immers kan beschikken over een meerderheid van 50 kamerleden heeft het voor 10 of 15  parlementariërs weinig zin om in opstand te komen. Zij bereiken immers niets terwijl zij wel hun kans op politieke promotie verkleinen.

  Tegenwoordig bestaan er echter geen werkbare meerderheden meer door de opkomst van de Scottish National Party. Zonder de Schotse zetels in Westminster kan er sinds 2015 geen werkbare meerderheid worden gehaald door Labour noch de Conservatieven. Het gevolg is dat de partijleiders nu wel aandacht moeten geven aan extremisten binnen de partij want elke stem telt. Zo werd Premier Cameron tegen zijn zin door radicalen gedwongen om een referendum te houden over het Britse EU lidmaatschap die hij vervolgens verloor.

  In het oude politieke systeem kon het extremisme van een van de twee partijen worden opgevangen door de andere partij. Indien de Conservatieven bijvoorbeeld iets radicaals als Brexit zouden gaan propageren zou Labour tegenwicht kunnen bieden door te benadrukken dat de Britse export baat heeft bij toegang tot de gemeenschappelijke markt van de EU. De ellende is alleen, en hier komen we bij de tweede reden waarom het oude systeem in crisis verkeert, dat het huidige Labour geleid wordt door de zeer radicale en anti-Europese Jeremy Corbyn die Brexit een prima idee vindt en de economische chaos die ervan het gevolg zal zijn toejuicht omdat het hem de kans geeft om zijn radicale socialistische agenda te verwezenlijken.

  Vervolgens hebben de nieuwe gepolariseerde partijen door het Brexit referendum ook nog eens nieuwe sectarische politieke identiteiten aangenomen die compromis nog lastiger maken. Leavers en Remainers leven in hun eigen bubbels waardoor er zelfs geen consensus bestaat over de vermoedelijke gevolgen van Brexit voor de Britse economie. Er zijn steeds minder pragmatici en de kans op politieke promotie is nu afhankelijk geworden van het etaleren van de juiste tribale politieke slogans.

  Het gevolg van deze ideologische tribalisering is dat er zelfs binnen de regering driftig wordt samengezworen. De Remainers sturen aan op een nieuw referendum en de Leavers op een een harde Brexit die volgens een onderzoek van de Bank of England zal leiden tot een verdubbeling van de werkloosheid, een inflatie van meer dan 6 procent, een daling van de

huizenprijzen met 30 % en een gevoelige depreciatie van het Britse pond.  

Een gecodificeerde grondwet werd node gemist toen de constitutionele crisis zich verdiepte en geen enkele samenzwering erin slaagde om de impasse te  doorbreken. Er is simpelweg geen meerderheid voor een harde Brexit en hetzelfde geldt vooralsnog voor een referendum. De harde Brexiteers zouden een eigen partij kunnen vormen maar dat zou zomaar Jeremy Corbyn in Downingstreet kunnen brengen. Het nadeel van een referendum is dat het de verdeeldheid in het land ongetwijfeld nog verder zal aanwakkeren.

  De situatie is dus ernstig en kan ook nog lang voortduren. Leavers zullen zich nooit neerleggen bij een tweede referendum. Zij bestaan voor het grootste deel uit de baby-boom generatie die nog tijd van leven heeft. Indien de pro-EU Schotten uit het VK stappen zullen de Leavers nog lang de Remainers het leven zuur kunnen maken.

  Het Verenigd Koninkrijk ontbeert door de niet gecodificeerde grondwet sterke officiële instituties en krachtig juridisch toezicht en is dus niet goed in staat om tien jaar van politieke verdeeldheid aan te kunnen. Een normale Amerikaanse regering zou ongetwijfeld de Britten geholpen hebben om een uitweg te zoeken uit de meervoudige twisten maar van Trump, die Brexit een geweldig idee vindt, hoeft men niets te verwachten.

Nederland kent weliswaar wel een grondwet maar men zou toch hopen dat onze eigen voorstanders van een Nexit referendum bij het aanschouwen van de totale chaos in het VK bereid zouden zijn om hun opvattingen nog eens te heroverwegen.